top of page

Etappe02 GR131 Sint-Joris-Ruddervoorde

23,6km ─ ↑↓ 64m Percentage verhard: 30% verhard Startplaats: Kerk, Lattenklieversstraat Sint-Joris Aankomst: Kerk, Sint-Elooistraat Ruddervoorde Vervoer: Privé drop off en pick up Hike: Solo


Vandaag start ik aan de tweede etappe van de GR131 een etappe die ‘maar’ zeventien kilometer zou omvatten. Ik doe er uiteindelijk drieëntwintig komma zes kilometer over. Ik heb namelijk twee locaties ontdekt die ik wil bezoeken en daarvoor moet ik enkele kilometers om lopen.

Ik word afgezet door mijn vrouw aan de kerk van Sint-Joris waar ik vorige keer eindigde met Fabian V.

Voor mijn vertrek start ik altijd mijn GPS op mijn Garmin horloge zodat ik naderhand weet hoeveel kilometer ik juist gelopen heb. Met een druk op de knop van mijn horloge beginnen ik te stappen. Via de Lattenklieversstraat wandel ik voorbij het Lattenklievers monumentje en sla dan links in. Ik krijg mijn horloge in de gaten en wat blijkt, hij volgt me niet. Even resetten en terug naar de kerk stappen voor een tweede poging. Dit maal begint mijn horloge de meters te tellen, dat wil zeggen dat ik eindelijk kan vertrekken.


“Vanaf het einde van de 18de eeuw kwamen meer mensen zich vestigen op het ‘Aalters Hoekske’, later de parochie St.-Maria-Aalter. De beste gronden werden omgezet tot akkers en op de minder geschikte bodems werd bos aangeplant. De bossen verschaften werk, niet alleen voor het aanplanten en rooien van bomen maar ook voor het verwerken van hout. Eén van die activiteiten was de lattenklieverij. Gelokt door het aanwezige hout, de vele beschikbare handen en de lage lonen vestigde het bedrijf Lemahieu zich in Beernem en St.-Joris. Veel mensen van Maria-Aalter gingen in het ‘lattekot’ werken. Anderen werkten thuis voor het bedrijf of voor zichzelf. Ruim een halve eeuw bloeide de lattenklieverij in de streek. De nieuwe materialen om plafonds te maken, verdrongen deze activiteit na de Tweede Wereldoorlog en de lattenklieverij werd geschiedenis.”


Ik vervolg mijn weg via de Maria-Aaltersteenweg en steek iets verder de drukke N368 over. Net veel verder kom ik voorbij het kasteeldomein met het kasteel De Lanier. Helaas kan je van hieruit het kasteel zeer moeilijk zien en is het terrein in privé bezit. Aan de hoofdingang hangt een infopaneel over de geschiedenis van het kasteel, gelukkig want het gaat over de Eerste Wereldoorlog en het kasteel.


“Kasteel De Lanier was het buitenverblijf van Jean De Lanier een oorlogsvrijwilliger tijdens de Eerste Wereldoorlog. In het begin van de oorlog was Jean een vrijwillige ruiter in de cavalerie bij de Gentse burgerwacht. Op het einde van de oorlog werd hij Officier bij het zevende artillerieregiment. Hij verbleef gedurende de hele oorlog aan het front en overleefde twee gasaanvallen. Tijdens het eindoffensief ’18 september 1918’ werd zijn commandopost getroffen door een inslaande granaat. Hij raakte levensgevaarlijk gewond, zijn been werd geamputeerd en het duurde maanden voor hij volledig hersteld was. Na de oorlog bouwde hij een carrière uit en stichtte een gezin. Echter bleef hij bekommerd om zijn oorlogsvrienden en werd daarom voorzitter van de confederatie van Oud-Strijdersverenigingen en van de patriottistische verenigen in Oost-Vlaanderen. Hij werd ook voorzitter van het Nationaal Werk voor Oorlogsinvaliden. Hij hield er ook een oorlogsdagboek op na, hij schreef er onder andere dit in neer: ‘Het zou bijna crimineel zijn als we alle levens, alle leed, alle miserie en alle ruïnes vergeten die door die vreselijke oorlog over ons zijn gekomen. De herinnering aan de voorbije negatieve handelingen biedt wellicht de grootste garantie op vrede in de toekomst.’ Het zou bij een mooie bedenking blijven maar vergeten doen we nooit.”


Iets verder kom ik aan de spoorweg waar ik onder duik om aan de Vaanders uit te komen. Echter volgt de GR de anderhalve kilometer lange asfaltweg langs de spoorweg. Jammer, wetende dat er een mooi pad doorheen de Vaanders loopt. Misschien iets om te herzien in de toekomst. Ik steek de E40 over waar de tijd en stress voorbij zoeven, richting de kust blijkt die stress groter te zijn. Via de Beelkens krijg ik de eerste onverharde wegels onder de voeten. Na goed vier kilometer over asfalt en beton te stappen, kwam dit boerenwegeltje als een kers op een taart. Een kleine kilometer verder stap ik verder over privé terrein waar wandelaars zeker welkom zijn. Hier neem ik mijn lunchpauze en kan ik genieten van een mooi weidelandschap met op de achtergrond een frisgroen bos.


Na de pauze stap ik afwisselend door bos en weides al dan niet op on- of verharde paden. Daar is hij dan de eerste GR-boom van deze etappe die de GR131 en GR129 van elkaar laat scheiden of bij elkaar laat komen. Voor ik verder ga langs de GR131, wandel ik nog even om via wandelknooppunt drieëndertig en nummer twintig. Ik stap door de Vagevuurbossen en Bulskampveld om naar het graf te zoeken van Baron Henri d’Udekem d’Acoz. Op de plek waar de Moorden van Beernem ooit begonnen.


“Op 25 mei 1915 verdween baron Henri d’Udekem d’Acoz uit zijn kasteel te Ruddervoorde. Met een list werd hij ’s morgens omstreeks halfacht door drie als Duitsers vermomde mannen in een wagen meegenomen. De Ortskommandantur te Tielt had “inlichtingen” nodig maar daar kwam hij nooit aan. Op 2 september 1915 waren twee boomsnoeiers nabij het Aanwijs te Beernem aan het werk. Het was de laatste opdracht die Camiel (Sassen) Dierickx, de jachtwachter van mevrouw Lippens van Bulskampveld, hen eind augustus gegeven had. Deze Sassen Dierickx was zelf op 28 augustus op mysterieuze wijze verdwenen. Ook jaren na deze verdwijningen en onopgeloste moorden werden er opnieuw enkele moorden gepleegd. Volgens getuigen wilden de slachtoffers net iets teveel aan het daglicht brengen en werden ze daarom vermoord. Tot op heden zijn de daders nog steeds niet gevat.”


Voor zo’n interessante en mysterieuze geschiedenis wil ik wel enkele kilometers om stappen. Ik keer over hetzelfde pad terug naar de GR-boom en vervolg de GR131 richting Ruddervoorde. Nog geen kilometer verder kom ik de tweede GR-boom tegen die de GR129 terug richting Bulskampveld laat lopen. Onverwacht wandel ik nog steeds over onverharde paden afgewisseld met deels verharde boerenwegels en asfalt wegen. Nabij de Blauwhuisbossen kan mijn plezier niet op, ik bevind mij in een omgeving die ik nooit verwacht had op mijn pad tegen te komen. In de verte zie ik een statige witte villa met grijze luiken aan de ramen. Het zou om het Consulaat van Suriname gaan, dit blijkt nadat ik op de kaart keek van mijn OsmAnd app. Elke kilometer blijft me steeds weer verbazen, ik passeer Hertsberge langs links en het kraaiveldbos langs rechts.


Een gammel brugje brengt me aan de overkant van de Hertsbergebeek waar ik door hoog gras wandel. Ik maak me ervan bewust dat dit pad enkel door lokale bewoners en GR-wandelaars gebruikt wordt. Een stukje ongerept pad als het ware, een zeldzaamheid in onze contreien. Aan de Kortrijksestraat beslis ik nog eens van het GR-pad te gaan om een beetje geschiedenis te gaan verkennen. Ik stap richting Zorgvliet, een kasteel site die verwoest werd door een zware brand. Een infopaneel bezorgt me de uitleg over dit domein en wat er zich hier heeft afgespeeld. Ik stap rond het domein waar ik nog enkele ruïnes tegenkom die bij het kasteel van Zorgvliet hoorden. Als ik terug aan het GR-pad kom, staan er drie extra kilometers op de teller. Vervolgens stap ik Ruddervoorde binnen en neem ik aan het sportveld afscheid van de GR131 voor deze etappe en word ik opgehaald aan de kerk van Ruddervoorde.


“Belgische soldaten komen op 17 oktober 1918 uit de richting van Torhout. De infanterie trekt om Ruddervoorde heen om eventuele Duitse weerstand in het centrum te ontwijken. Rond de middag bereiken de Belgen de weg Brugge-Kortrijk tussen Sint-Hubert en Waardamme. De Duitse artillerie bestookt Ruddervoorde en Waardamme met granaten en gifgas waarbij tientallen burgers en militairen de dood vinden. Enkele huizen in het centrum van Ruddervoorde worden helemaal vernield. Een Duitse voltreffer doodt in één klap elf Belgische kanonniers.

Belgische eenheden rukken op naar Kortekeer ‘een weg nabij Zorgvliet’ en komen in contact met de Duitse infanterie. Het is moeilijk om bij nacht in de bossen en velden te vechten. De opmars wordt daarom bij valavond uitgesteld tot de volgende dag. De medische steun wordt korter bij het front gebracht, met posten in Sint-Hubert en Waardamme.

De volgende dag start de aanval richting Hertsberge. Verschillende acties volgen elkaar op waarop er vele soldaten sneuvelen, zowel aan Belgische als aan Duitse zijde. Alle gesneuvelden rond de slag van Ruddervoorde kregen een voorlopige begraafplaats in Ruddervoorde. Hier liggen nu nog enkele Belgische gesneuvelden.”



129 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
Post: Blog2_Post
bottom of page